Systeem denken, ecodesign, virgin plastics,.. Constant worden dergelijke begrippen over verpakkingen je naar het hoofd gegooid. Het wordt bijna onmogelijk om door de bomen het bos nog te zien. Het is genoeg geweest. Tijd om duidelijkheid te scheppen! Daarom spraken we met Karine Van Doorsselaer, docente ecodesign aan de Universiteit Antwerpen en auteur van verschillende boeken zoals Klimaatbewust consumeren en Ecodesign: A Lifecycle approach.
Je hebt eens een talk gehouden aan de Universiteit van Vlaanderen waarin je de stelling hebt gesteld 'geen verpakking is de beste verpakking.' Kan je daar iets meer over vertellen?
In de keuze van verpakking is er heel wat discussie. Om het eenvoudig te maken, maak ik een soort roadmap. En inderdaad de stelling is dan ‘geen verpakking is de beste verpakking.’ De bedoeling is dan dat we kijken naar het verpakkingssysteem. Ik geef een voorbeeld - ik krijg vaak de vraag voor een verpakking van shampoo. Welke verpakking is de beste? Mijn antwoord is altijd denk eens aan het product zelf, denk aan de functie. We willen ons verfrissen, we willen ons haar wassen en dan zijn er oplossingen waarbij je vaste shampooblokken gaat gebruiken. Dat wordt dus bedoeld met we kijken naar het verpakkingssyteem om op die manier verpakking te voorkomen. Verpakking voorkomen door het product te veranderen.
Kortom, systeemverandering. Daar gaan we helemaal mee akkoord. Stel dat we dan toch verpakkingen moeten gebruiken, hoe ziet dat er dan uit?
De essentie van een verpakking is natuurlijk het product beschermen. Als producten verloren gaan, is de impact nog zoveel groter. Dan gaan we de principes gebruiken van de circulaire economie waarbij dat we een zekere volgorde gaan volgen. Zijnde in eerste instantie hergebruik van de verpakking en in laatste instantie het recycleren van de verpakking. We gaan echt wel gaan focussen op die hiërarchie. Het misverstand heerst dat de circulaire economie gelijk staat aan de recyclage economie, dat is alles behalve. We hebben echt wel onze strategieën. Eerst hergebruik en dan pas recyclage.
En stel dat we aan het recycleren zijn, hoe ziet zo’n proces eruit? En waarom is dat niet de prioriteit wanneer het gaat over de circulaire economie?
Het verhaal van de circulaire economie gaat over waardebehoud. We hebben onze levenscyclus van producten. Starten van grondstoffen naar materiaal en verpakking maken. In elke stap voegen we waarde toe. De bedoeling is dat in end-of-use als de verpakking afgedankt wordt om die waarde te behouden. Het spreekt voor zich dat als we de verpakking gaan hergebruiken dat zich dat op een hoger niveau afspeelt dan dat we het gaan recycleren. Er komen extra processtappen bij te pas en van de verpakking ga je granulaat maken om daar terug verpakking van te maken. Dus het gaat hem echt over waardebehoud in de strategie van de circulaire economie.
Dus als we het goed begrijpen heb je inderdaad in een proces van recyclage meer additionele input nodig om al dan niet dezelfde waarde te behouden. In het geval dat we toch naar verpakkingen kijken is het misschien ook interessant om te weten hoe de klimaatimpact eruit ziet. Waar ligt het meeste gewicht?
Die vraag, de milieu-impact van verpakkingen, dat gaat over levenscyclus denken. Als je me nu vraagt welke stap in de levenscyclus heeft de grootste impact is dat natuurlijk wat materiaal gebonden. Als we denken aan glas. Glas vertrekt van zand en andere mineralen en wordt gesmolten in een oven van 1500 graden celsius. Wat al serieus energie-intensief is. Glas is ook zwaar als we het vergelijken met een kunststof fles. Dus de impact van transport bij glas is ook vrij groot. Het voordeel van glas is wel dat we het oneindig kunnen recycleren zonder verlies van materiaal eigenschappen in tegenstelling tot de kunststoffen. Bij de kunststoffen vertrekken we van aardolie.
Vier procent van de aardolie wordt gebruikt voor kunststoffen, dat is minimaal. Dan krijgen we het polymeriseren van de kunststoffen. Ze zijn licht dus lage impact van transport, maar het recyclage verhaal is nog moeilijk. PET-flessen worden momenteel heel mooi en goed gerecycleerd. Het is de kunststof bij uitstek om op een chemische manier te recycleren. Dat is dus de kunststof die het best hoogwaardig kan gerecycleerd worden. Polytheleen, polypropeleen lenen zich moeilijker tot chemisch recycleren en het hersmelten geeft ook problemen. Bij het hersmelten krijgen we afbraak van moleculen, materiaal eigenschappen veranderen en de kwaliteit van het recyclaat verminderd.
Dus als we terugkeren naar de vraag. Welke fase heeft de grootste impact? Dat is zeker niet eenduidig te stellen, maar afhankelijk van materiaal tot materiaal. Maar daar wil ik graag nog iets aan toevoegen over papier. Papier heeft de perceptie van ecologisch te zijn. Als je het vraagt aan de consument - papier, dat komt van de bomen dus het is hernieuwbaar. Maar allesbehalve. Als we de bomen gaan kappen en nieuwe aanplant duurt het 40 jaar alvorens de kleine aangeplante boom even groot is. Een groot probleem van minder CO2-opname bij het kappen van de bomen. Hout omzetten naar papier vraagt enorm veel water, energie en chemicaliën. Het proces op zich is dus ook allesbehalve. Op het einde van de rit is het recycleren van papier krijgt men bij elke fase afbraak van de vezels waarbij materiaaleigenschappen verminderen.